|
Diep verborgen in het Ardense woud, omarmd door een meander van de Semois, wordt het kleine middeleeuwse stadje beheerst door het kasteel van Godfried van Bouillon. Fier en majestueus heeft het kasteel de eeuwen getrotseerd.
Aan de verre oorsprong van het kasteel van Bouillon liggen wellicht adellijke families die elders op de loop gingen voor de Noormannen. Het kasteel van Bouillon wordt beschouwd als het oudste en meest interessante overblijfsel van de feodaliteit in Belgiƫ. De oorsprong van de eerste vestingwerken gaat terug tot de 8ste eeuw. Deze werden legendarisch door Godfried, leider van de eerste kruistocht (1096), die het Heilige Graf als het wettige bezit van de Christenen beschouwde. Hij gaf het kasteel als onderpand aan het bisdom Luik, om zijn tocht naar het Heilige Land mee te financieren. Het bestaat uit drie forten die door middel van bruggen met elkaar verbonden zijn. Een van de belangrijkste onderdelen is het hertogelijke paleis, dat in het zuidwesten stond op het binnenplein. De Godfried van Bouillon zaal, die gedeeltelijk in de rots is gehakt dateert uit de 13de eeuw. Van de middeleeuwse donjon blijft slechts een stuk muur over op het binnenplein. De burcht van Bouillon heeft een doolhof aan gangen en uitgestrekte gewelfde zalen.
Eeuwenlang werden er verbouwingswerken aan het kasteel uitgevoerd. In 1551, ten tijde van prinsbisschop Georg van Oostenrijk. Onder de oorlogen van Lodewijk XIV, verbouwingen die werden uitgevoerd door Vauban, en zelfs later onder het Hollandse bewind rond 1825 werd er veel veranderd. De militaire rol van deze burcht eindigde pas in 1830. Het kasteel van Bouillon is als belangrijkste historische monument in Walloniƫ geklasseerd. |